Kennelijk zij eenen iegelijken dat voor etc. zijn
gekoomen en gecompareert Wilhelmus Jan Smarius, Peter Ockers als in
huwelijk hebbende Maria Jan Smarius, Dorothea Jan Smarius en Willebrordus
Peters als in huwelijk hebbende Geertruij Jan Smarius, de welken te zaamen
hebben gedaan ende gemaakt deeze navolgende erfscheijdinge en
erfdeijlingen, hun aangekoomen van wijlen hunne en hunne vrouwen ouderen
respective Jan Huijbert Smarius en Eva de Beer.
Overmits de welke zo is
Wilhelmus Jan Smarius te deel gevallen en zal alzo voor zijne portie
hebben behouden en erffelijk bijven possideeren,
Eerstelijk, een
huijs, stal, schop en schuur met de aangeleegen erve te saamen groot vijf
lopensaten ofte etc. staande en geleegen onder Tilborg aan den Stokhasselt
aldaar oost en west Laurens Janssen, zuijd de straat, noord Hendrikus van
Hest, belast met agt vaten rogge 's jaars aan den Armen van
Oosterwijk,
Item
een parceel weijde groot vier lopensaten ofte etc. geleegen als voor aan
den Stokhasselt, alaar oost Jan Baptist Vranken, west de straat, zuijd en
noord Jan Smulders, belast met twee guldens, elf stuijvers agt penningen
's jaars aan den H: Geest Armen alhier, Item met eenen gulden vijff
stuijvers in eene meerdere rente s jaars aan den heer A. Verster
Rentmeester der Geestelijke goederen te s Bosch,
Item een parceel
akkerland groot tien lopensaten ofte etc. geleegen als voor aan den
Stokhasselt aldaar oost Theresia Hensen, west de akkerweg, zuijd Clasina
Couwenberg en noord Johanna van Gestel,
Laastelijk een parceel
akkerland groot twee lopensaten ofte etc. geleegen als voor aan den
Stokhasselt aldaar oost de akkerweg, west Peeter Reijnen, zuijd Jan
Beerens en noord Johannes de Beer,
Overmits de welke zo is Peter
Ockers als in huwelijk hebbende Maria Jan Smarius te deel gevallen en zal
alzo voor zijne portie hebben behouden en erffelijk blijven
possideeren,
Eene somme van dartien hondert guldens, welke somme hij,
bij deeze bekend op verscheijden ... uijt den boedels te hebben genooten
en dus van deeze zijne portie volkomen voldaan en betaald te
zijn,
Overmits de welke zo is Dorothea Jan Smarius te deel gevallen
en zal alzo voor haare portie hebben behouden en erffelijk blijven
possideeren,
Eerstelijk, een huijs schop en hof groot een lopensaat
ofte etc. gestaan en geleegen onder Goirle aan den Tooren, aldaar oost
Martinus van Gool, west Michiel van Dun, zuijd de straat, noord Adriaan
van Dun,
Item een parceel akkerland groot zeeven loopensaten ofte etc.
geleegen onder Goirle aan de Abcoven, aldaar oost den H: Geest Armen, west
Peeter Peijnenborg, zuijd de weduwe Bernardus de Rademaker, noord de
waterloop,
Item een parceel heijveld groot drie loopesaten ofte etc.
geleegen onder Hilvarenbeek aan het Varkensstraatje aldaar oost Michiel
Moonen, west de heer Cornelis Bles, zuijd de gemeente, noord het
Varkensstraatje,
Laastelijk, een ongemest beemtje en heijde groot twee
loopensaten ofte etc. geleegen onder Goirle genaamt de Hoogen Vonder
aldaar oost de Heijde, west den H: Geest Armen, zuijd de weduwe Jan
van Beson, noord mejufrouw wed. Abraham van Velsen,
Overmits de
welke zo is Willebrordus Peters als in huwelijk hebbende Geertruij Jan
Smarius te deel gevallen en zal alzo voor zijne portie hebben behouden en
erffelijk blijven possideeren,
Eerstelijk een bos en heijden groot
zeeven lopensaten ofte etc. geleegen onder Goirle in den Bakerlant genaamt
den ... oost en noord de gemeente zuijd de kinderen Adriaan Brouwers west
de heer Elias Roessing zijnde onder dit parceel begreepen zes lopensaaten
nieuwe erven,
Item een scheepen gelofte groot vijfhondert en vijftig
guldens ten lasten Francis van den Brekel alhier voor heeren Scheepenen
gepasseert in dato 9 october 1769,
laastelijk een scheepen gelofte
groot een honderd guldens ten lasten Jan Adriaen Smulders, alhier voor
heeren Scheepenen gepasseert in dato 29 november 1759.
Voorts is
tusschen parthijen condividenten wel expresselijk geconditioneerd en
ondersprooken dat een ieder zijn aanbedeelde zal aanvaarden van stonden
afaan met de lasten van den jaare 1786 en voorts dat een ieder op zijn
aangecaveld lot en deel zal moeten gedoogen en onderhouden alle wegen etc.
en hebben etc. geloovende etc. pro ut in forma,
De condividenten
verklaaren deeze goederen niet leenroerig zijn aan den Ed. Raade en
Leenhove van Braband en Lande van Overmazen in 's Hage.
Actum Tilborg den agt en twintigsten april
1700 zeeven en tagchentigh.