Kennelijck sij dat
voor etc. sijn gekomen ende gecompareert, Jan Embreghts van Bavel, en
Adrianamaria des selfs meerderjarige suster cum tutore, dewelcke haer te samen
fort ende sterck maken voor Annamaria van Bavel, hare absente meerderjarige
suster, Peter Backers als in huwelijck gehat hebbende Maria Jan Cuijsters, en
als vader en vooght over sijne twee kinderen verweckt bij deselve, Jan Govert
Pessers soo voor sijn selven en noch als transport hebbende van sijnen broeder
Dionisius Pessers, volgens den transporte daer van sijnde gepasseert voor
schepenen alhier den 20e augustij 1723 de welcke verclaerden metten anderen
aengegaen ende gemaeckt te hebben, eene erffdeelinge vande naebeschreve
erffgoederen hen condividenten aengecomen mits het overlijden van Jan Bastiaen
Cuijsters, ende Anneken Mutsaerts, hen condividenten respective grootvader ende
grootmoeder waaren,
Overmits
d'welcke soo is, den voorschreven Jan, Adriana Maria, en Anna Maria Embregthts
van Bavel, bij blinde lootinge ten dele bevallen ende sullen also voor hare
portie hebben behouden ende erffelijck blijven possideren Eerstelijck eene
huijsinge schuer ende schop, met de aensteede groot vier loopensaten ofte etc.
gestaen ende gelegen onder dese Heerlijckheijt van Tilborgh aenden
Heijcant bij de Raeijbraken, aldaar oost de straet, suijt de gemeente west de
weduwe de Groot, en noort Huijbert Smarien, belast met ses gulden siaers aenden
heer rentmeester Tignagel tot s'Bosch, Item noch drie vaten coren siaers aende
nonnen van Oisterwijck, nu ontfangen wordende bij den heer rentmeester
Slingelant, Item noch vier loopensaten lant gelegen als voor, oost Hendrik
Pullens, suijt en west Cornelia Heijcants en noort Andries Peter Ariens, Item
noch drie loopensaten lant ende weijde gelegen als voor, oost Huijbert Smarien,
suijt den selven, west Andries Peter Adriaens, en noort Maria Pessers, Item noch
ses loopensaten lant gelegen als voor, oost Huijbert Smarien, suijt en noort
Maria Pessers, en west Hendrick Pullens, Item een loopensaet lant gelegen als
voor oost Cornelis vande Vliet, suijt Huijbert Smarien, west Hendrick Pullens,
en noort de waterlaet, Item een parceel ackerlant groot drie loopensaten ofte
etc. gelegen als voor ter plaetse aenden Hasenest, oost Cornelis van Huijckelom
suijt de gemeene straet, west Adriaen Mutsaerts, en noort de weduwe Dionijs
Heijcants, Item noch een huijs, schop en hoff groot een halff loopensaet, ofte
etc. gestaen ende gelegen als voor ter plaetse genaemt het Goirken, oost de
gemeene straet, suijt Adriaen de Cort, west Antonij Wittebol, en noort Gerit
Henssen, ende sij geweten dat dit loth in vergelijck van cavelingh, sal moeten
uijtkeren, oft wel de voors: drie condividenten ten haren laste nemen
eerstelijck een schepene gelofte van drie hondert vijffentwintigh gulden,
als Embregt van Bavel der condividenten vader ten laste van Jan Cuijsters was
hebbende, Item nemen noch ten haren laste eene notariale obligatie van twee
hondert gulden ten behoeve vant Clooster van Oosterhout, Item nemen noch ten
haren laste eene somme van hondert gulden te betalen aen Anthonij Wittebol
sijnde eene manuale obligatie, Item nemen noch ten haren laste eene somme
van hondert gulden te betaelen aen Piternella de Roij sijnde eene schepenen
gelofte, Item nemen noch ten haren lasten eene somme van tachentigh gulden te
betalen aen Govert Gerit Henssen, sijnde eene manuale obligatie, met den
verloopene intresten van dien sijnde alle wel ses jaren ten achteren, mitsgaders
te betalen alle de schulden van wijlen den voorschreven Jan Cuijsters, geen uijtgesondert,
Overmits d'welcke soo is Peeter
Backers ter toghte, ende sijne twee kinderen geheel ten erffreghte bij blinde
lootinge ten dele bevallen, ende sullen alsoo etc. Eerstelijck een weijde groot
vier loopensaten ofte etc. gelegen onder dese Heerlijckheijt van Tilborgh ter
plaetse aenden Oosten Heijcant, oost Andries van Riel, suijt Cornelis vander
Schoot, west de straet, en noort eenen ackerweght, Item een parceel ackerlant
groot een ende een halff loopensaet ofte etc. gelegen als voor, oost Adriaen van
Reijswijck, west Cornelis de Cocq, en noort de straet, Item een parceel
schaerbosch groot twee loopensaten ofte etc., gelegen als voor, oost Aert van
Iersel, suijt de gemeente, west Adriaen de Wolff ende noort de gemeente, Item
een derde part gemeen ende onbedeelt in een parceel uijtgesteecken putten groot
in't geheel vier loopensaten ofte etc. gelegen onder Tilborgh in de Koeijwijen,
oost Jan Annekens, suijt de Leij, west de gemeente, en noort den Aert Dijck,
belast met een derde in twee stuijvers vier penningen chijns siaers aenden
Barron van Breda, Item een loopensaet bleckelingh velt gelegen onder Tilborgh
int Hout Laer, oost juffr Jan Mutsaers suijt Hendrick Glavimans, west de weduwe
van Willem van Groenendael, ende noort ..., Item vier loopensaten beemde gelegen
onder Gils inde Blocxkens aldaar oost de Lantscheijdingh, suijt Hendrick
Pullens, west Gerit Maes, ende noort de Leij,
Overmits d'welcke soo is Jan Govert Pessers, bij blinde
lootinge ten dele bevallen ende sal alsoo etc., Eerstelijck een parceel soo
saeij als weijlant vande gemeente inne gegraven, groot samen ses loopensaten
ofte etc. gelegen onder dese Heerlijckheijt van Tilborgh ter plaetse den
Heijcant aende Raeijbraken, oost de gemeente, suijt deselve, west de straet, en
noort eenen waterlaet, Item een schaerbosch groot twee loopensaten ofte etc.
gelegen als voor aenden Hasenest, oost de weduwe Francis vander Sijpen, suijt en
noort de straet, ende west Adriaen Mutsaerts,
Voorts is tussen de voorschreve parthijen condividenten wel
expresselijck geconditioneert ende ondersproken dat jeder op sijn aengecavelde
deel ende loth sal moeten gedogen ende onderhouden alle wegen, stegen, schouwen,
waterlaten d'welck deen oft dander parceel van outs soude mogen subject wesen,
ende hebben etc. gelovende etc. ende allen verholen commer etc. pro ut in forma,
actum den tweeden september seventien hondert drie en
twintigh.